Marjo buiten bij het Zonnehuis in haar gewone kleding.

Marjo Zwakenberg werkte tijdelijk op de corona-afdeling van het Zonnehuis

“Je moet volhouden, je motivatie vasthouden.” Marjo vertelt het ogenschijnlijk rustig, weloverwogen. Maar achter haar rustige en montere stem is toch met enige regelmaat de diepe emotie te horen en het verdriet dat ze dagelijks zag en voelde. Oudere echtparen die tientallen jaren samen zijn geweest en nu – in de laatste fase van hun leven – noodgedwongen niet meer bij elkaar kunnen zijn. Onpeilbaar verdriet en de allesoverheersende angst of ze hun partner, kind en kleinkind ooit nog terug zullen zien.

“Ik vond het wel spannend toen ik daar kwam. Twee coronastraten, zoals we dat noemden. Met in totaal zestien patiënten: velen heel benauwd en liggend aan de zuurstof. Bij elke kamer staat een zuurstofapparaat, je hoort op de gang de apparaten brommen. Je ziet de angst in de ogen van de patiënten: ga ik dit wel overleven? Allemaal heel heftig. Heel schrijnende situaties. Zoals bijvoorbeeld dat echtpaar. Man en vrouw hebben beiden corona en komen vanuit het ziekenhuis bij ons om verder te herstellen. Beiden nog aan de zuurstof. Mevrouw wordt weer zieker en moest terug naar het ziekenhuis. Haar man wist diep van binnen: misschien zie ik haar nooit meer terug... Maar toch liet hij haar los. Hij hield zich vast aan de gedachte dat ze beiden weer gezond naar huis zouden kunnen gaan. Gelukkig hebben we hem wel veel aandacht kunnen geven en hele gesprekken kunnen voeren. Op een gegeven moment kwam ik daar ‘s middags en zit de man op het balkon. Over zijn wangen biggelden dikke tranen. Zijn zoon stond beneden en vertelde dat moeder was overleden. Ook waren er inmiddels meerdere familieleden van deze man besmet met het coronavirus. Dat vind ik dan zó erg… dat ze elkaar dan niet eens even in de armen kunnen nemen. Dat gaat je door merg en been, bijna onmenselijk! Ik ben, in mijn beschermende kleding, bij meneer gaan zitten en heb mijn arm om hem heengeslagen. Hij kon gelukkig wel naar de uitvaart van zijn vrouw. Mondkapje op… En dan komt de familie later om meneer weer terug te brengen. Dat doet heel veel met je. Als ik eraan terugdenk, krijg ik nog een brok in mijn keel.”

Psychologen

“Wij kunnen elke dag bellen met psychologen. Die staan echt wel voor je klaar. Maar ik deel mijn verhaal liever met collega’s. Dat is toch heel anders dan een psycholoog bellen, veel directer. Zij kennen de situatie. Ik kan me heel goed voorstellen dat sommige collega’s later alsnog psychische klachten kunnen krijgen.

Ik kan er gelukkig goed over praten, kan mijn verhaal kwijt. Ook thuis, bij mijn partner en mijn kinderen. Dat scheelt. Want het is constant vasthouden en loslaten. Je móét volhouden, je moet je motivatie vasthouden. Niet alleen voor de bewoners in het Zonnehuis, maar ook voor jezelf. En weer loslaten, want anders knap je af. Het is een constante schakeling. Emotioneel heel zwaar. Het kost ontzettend veel energie. Ook het werken in beschermende kleding en het dragen van een masker. Gelukkig hebben we daar genoeg van. Maar die beschermende kleding maakt het wel nog zwaarder.”

Structuur

“Af en toe ging ik wat eerder naar mijn werk om mensen te bellen. Juist ook de mensen van mijn groep van de dagbesteding. Ze kregen het op een gegeven moment wel zwaar. Begrijpelijk, want ze missen de contacten en de structuur en de mantelzorgers zijn overbelast. Je hoorde ook mensen zeggen: ‘Het lijkt wel de Derde Wereldoorlog.’ Gelukkig zijn er nog wat collega’s die dagelijks de contacten onderhouden met de cliënten, andere alternatieven bedenken en aanbieden aan de ouderen. Zo zijn er al krantjes ontworpen met leuke nieuwtjes, puzzels, foto’s etc. Maar ook wordt hier in geschreven waar we ons met z’n allen aan moeten houden. Er wordt goed aan hen en hun naasten gedacht en van alles geregeld, in welke vorm dan ook.

We hebben hier in Zwolle de Kletslijn. Daar wordt veel gebruik van gemaakt, heb ik begrepen. Maar mensen van de dagbesteding vinden het toch vaak veel fijner om met ons te bellen (vaste medewerkers van de dagbesteding) of met hun familie. De Kletslijn is heel goed hoor, vind ik, maar die is er vooral voor mensen die geen familie meer hebben. Want, geloof me, de eenzaamheid is groot.”

Marjo Zwakenberg in haar beschermende kleding in Het Zonnehuis

Wij worden bestempeld als ‘de helden’. De helden van de zorg. Maar eigenlijk, zou je best kunnen zeggen, dat die ouderen de helden zijn.

Dankbaar

“Wat ik doe is heel dankbaar werk en we maken ook hele mooie dingen mee, zoals mensen die weer terug gaan naar huis en heel veel dankbaarheid tonen. Wij krijgen lunches en tulpen aangeboden, de politie die buiten komt applaudisseren, muziek die buiten voor ons en al die bewoners wordt gemaakt. Al die prachtige kaarten en straattekeningen! Geweldig! Wij worden bestempeld als ‘de helden’. De helden van de zorg. Maar eigenlijk, zou je best kunnen zeggen, dat die ouderen de helden zijn. Zij moeten alle ellende doorstaan en worden gescheiden van hun dierbaren. En dit, voor velen, in hun laatste levensfase.

We hebben hier een man gehad. Die heeft het niet gered. Zijn vrouw stierf een dag later. En hun enige dochter bleek zelf ook nog ook corona te hebben…. Kinderen die buiten onder het balkon staan. Al die tranen, al dat verdriet. Ze kunnen niet meer even met elkaar knuffelen…..Hoeveel ellende kun je aan? Voor zulke oudere mensen heb ik veel meer bewondering. Het wordt hier nu een beetje rustiger. Maar ik moet er niet aan denken dat het weer opnieuw begint. Dan wordt het enorm zwaar.”

* SamenOuderen is een initiatief van WijZ Welzijn Zwolle, SamenZwolle en diverse (zorg)partners. Meer informatie vind je op www.samenzwolle.nl/samenouderen.

Tekst: Hendri Beltman